Haar leven
lang
bang
voor doorzichtig glas en compôte.
Mooi en rood en rond.
Uit bloesemwit gevormd.
Met haar huid strakgespannen
om haar vlezig huis
gaf ze wiegend in de wind
zonder echt besef
met superieure sappen
onverschillig zin
aan de boer en zoons en telers om te pakken.
Haar bepotelen, te plukken, te verkopen en geld te maken
Dan in wanhoop
nabij
het einde van haar schoonheid laat ze hoorbaar snikkend los.
Valt zeker.
Twee meter naar beneden.
Kneust
beurs zacht met gescheurde huid
in wormenland
vlakbij
de positie van de stam.
En iets verder weg het nu weer onbereikbare bladerdak.
~taalluister~
-
1 vlerken in ‘t zwerk
-
2 Poetry & Coffee Shore edition: maximaal applaudiseren voor een internationaal dichtpodium
-
3 Ongehoorzaam verglijden
-
4 Geelwit met paarse verf schilderen. Recensie ‘Woorden temmen’ van Kila&Babsie
-
5 lampduister rusteloos geflikker
-
6 gedicht: het re gen
-
7 Riemeinden
-
8 “ja maar hoe dan?” “Nobody knows muchacho”
-
9 ZZZ wordt SSS
-
10 Relatiepanne